De bittere pil al verwerkt?
Begin dit jaar kreeg ik een persoonlijke zware dobber te verwerken: nooit meer hardlopen. Ik dacht dat ik dit al goed verwerkt had. Me erbij neergelegd. Maar nu merk ik dat het toch moeilijker is dan gedacht. Want langzaam begint het gemis en de hunkering toch te komen.
Tijdens de aanloop van mijn operatie had ik redelijk veel pijn, vermoedelijk was dit de reden dat hardlopen me niet direct meer iets zei. Dat ik het nooit meer ging mogen doen, was me dan toch niet goed doorgedrongen. Al dacht ik toen van wel.
Echter een tijdje na mijn operatie, begon mijn sociale media overspoeld te worden met berichten van marathons die gelopen werden. Corona was bijna voorbij en alles begon weer door te gaan. Ineens merkte ik dat al die berichten toch serieus wrongen.
En dan ging mijn dochter, mijn man en mijn vriendin in Antwerpen lopen. Wat deed dit zeer. Langs de ene kant was ik blij voor hun…maar wat was ik boos. Ik wou weten hoe ze het deden, maar langs de andere kant was ik groen van jaloezie. En dan al die verhalen moeten aanhoren. Ik luisterde en was heel blij voor hun, begrijp me niet verkeerd. Maar toch was ik kwaad dat ze zo vrolijk en blij waren en dat ik heel de dag met mijn pootje omhoog lag, alleen.
Loopverhalen horen, vragen over lopen, loopfoto’s zien…het is toch elke keer slikken. Daardoor begint er een stemmetje: wie weet..ooit..kan ik terug…. Zeker nu er eindelijk wat vooruitgang bij de kine is. Toch ga ik niet aan dat stemmetje mogen toegeven. Want dan is er grote kans voor een volgende operatie: mijn middenvoet vastzetten.
O wat zou ik graag terug kunnen hardlopen. Marathons hoeven niet, gewoon een half uurtje rustig joggen zou al zo tof zijn. Ik weet dat ik meer ben dan enkel een loopster, maar toch mis ik een deel van mezelf. Ik dacht dat ik er afscheid van genomen had. Valt toch beetje tegen. Binnenkort ga ik weer meer andere dingen kunnen doen. Misschien ga ik het dan verder kunnen verwerken.
Maar momenteel is die bittere pil echt nog niet verwerkt. Het rouwproces is nog volop bezig. Aanvaarding is iets verder af dan ik verwacht had. Ergens heb ik nog iets teveel hoop dat ik toch terug kan hardlopen. Dat ga ik moeten leren loslaten.